Zoekplaatje voor op een verregende dag…. Er is weinig van bekend, behalve de locatie: Amsterdam. De aanspanning, een tandem, is klassiek. Dat wil zeggen het livrei dat de mannen dragen, hun snor en bakkebaarden, het model van het tuig en zelfs het type van de paarden ogen eerder uit 1870 dan van 1900. Tegelijkertijd is in de verte de achterkant het Rijksmuseum te herkennen. De foto kan dus niet ouder zijn dan het gebouw.

Daar zit tegelijkertijd het spoor dat ons brengt op het eerste concours hippique achter het Rijks, op 12 oktober in het jaar van de opening, 1885. Dit is tegelijk het allereerste concours hippique dat in Nederland plaatsvindt. In het uitvoerend comité zitten: mr. C.J. den Tex Bondt, jhr. G. den Tex, Baron de Salis. Jury: Baron van Brienen van de Groote Lindt, Voorzitter, Clingendaal, J. C. v.d. Oudermeulen, Wassenaar, jhr. H. Clifford, ‘s-Hage, H. van Wickevoort Crommelin, Haarlem, majoor F. Ypey, Leiden, Th. A. van den Brock, Amsterdam, W. van der Vliet, Amsterdam, E. v. Hoboken v. Oudelande, Rotterdam. Wie de namen van die pappenheimers iets zegt, weet dat het allemaal welgestelde lieden van de – in hun tijd- oude stempel waren. Renteniers vooral.

Schoonrijden
Het is pas in 1880 dat in Parijs een concours hippique is georganiseerd en deze heren grijpen vijf jaar na dato de opening van het Rijksmuseum aan om Nederland te laten kennismaken met de paardensport in deze vorm: vooral voor het jureren op ‘de mooiste’ rijtuigpaarden, dravers en rijpaarden, waarbij in de laatste categorie de militairen hun eigen rubrieken krijgen. De tuigpaardensport in Nederland bestond al wel, maar vond plaats als onderdeel van landbouwtentoonstellingen en dat is de heren niet chique genoeg. Nog voor het concours een feit is vind een discussie plaats over de manier van jureren op het concours hippique, want dat is anders dan op de landbouwshows waarbij het puur om de kwaliteit van het paard gaat. De jury let nu op het ‘schoonrijden’ en dat is de combinatie van paard en de manier van rijden. Ene anonieme brievenschrijver ‘X’ in het Algemeen Handelsblad van 6 oktober is kritisch: “Zonder twijfel zal toch in ieder geval moeten vaststaan, welk aandeel de rijkunst (op het programma zeer stiefmoederlijk behandeld) in de bekroning heeft. Met dit laatste staat of valt het concours, en in dit opzicht laat het programma ons geheel in de steek.” Maar de schrijver noemt gelijk iets om als voorbeeld te nemen: “Men behoeft slechts een zondag de in het Vondelpark geëtaleerde equipages te bezien, om daarvan de meest positieve wetenschap te erlangen.”

Gratis onderdak
Publiek mag komen kijken. De Hollandsche en het Staatsspoor vinden het in ieder geval een goed plan en geven korting op het vervoer van de paarden en rijtuigen van de deelnemers. Militairen mogen hun paarden onderbrengen bij de kazernes, terwijl particulieren hun paard gratis mogen stallen bij de Amsterdamsche Omnibus-Maatschappij. “Dit alles maakt, dat de onkosten voor hen, die van buiten komen, zoo miniem zullen zijn, dat voor de wegblijvende geen excuus meer overblijft. Voor dezen eersten keer zal het Concours slechts nationaal zijn; mocht de uitkomst bevredigend uitvallen, zoo bestaat het plan het volgende voorjaar een groot Internationaal Concours te houden”, schrijft het Algemeen Handelsblad van 22 september.
Toch gaat iets mis, want ondanks dat er meer inschrijvingen komen dan verhoopt, besluit de organisatie twee dagen voor het concours om het ‘eenige dagen’ uit te stellen vanwege het aanhoudende slechte weer. De paarden blijven op stal omdat het ijsclubterrein achter het museum blank staat. Het gaat dan op een soort Elfstedentocht lijken, met telkens een andere verwachting, maar uiteindelijk is zes dagen later onder het toeziend oog van weinig publiek het concours verreden. Het is allesbehalve een volkssport daar achter het Rijksmuseum. Deftige dames staan langs de ring in het fraaiste toilet. En het zijn, naast een hofleverancier als Walker of de exclusieve stalhouderij Van der Kuijlen, vooral koetsiers van de chique herenstallen die de paarden van hun mijnheer of mevrouw laten zien in de rubrieken voor mooiste enkelspan, tweespan en vierspan. ‘Moderne’ hackney’s zijn er dan nog niet en met deelnemers in de categorie ‘oud geld’ is het ouderwetse tandem op de foto achter het Rijksmuseum prima te plaatsen. Maar in uitslagenlijst komen we van alles tegen, behalve tandems, want de rubriek is in 1885 wegens te weinig, minder dan vier deelnnemers komen te vervallen.

Op Fransche leest
Het concours ‘op Fransche leest geschoeid’ is evenwel zo’n succes, dat het een tweedaags vervolg krijgt in de week van Pasen het volgend jaar. En prompt, er schrijven dan vier tandems in, alhoewel één uiteindelijk niet opdaagt. De juryleden Baron Bentinck, Edward van Hoboken van Oudelande en Graaf van Limburg Stirum mogen honderd gulden aan de eersteprijswinnaar uitdelen en vijftig voor de tweede. In Nederlandsche Sport, het tijdschrift van de Nederlandsche Harddraverij- en Renvereeniging, de uitslag: “Sultan en Pacha gingen zeer goed en werden zeer stil en netjes gereden. Johanna en Mina gingen goed, doch werden niet zoo stil gereden als het vorige span. Bij Flik en Flok schoot de voorlooper niet altijd genoeg op of wel ging de achterlooper te hard, hetgeen maakte dat de rijder de leidsels te veel vergrijpen moest; ook was de kar, waarvoor ze gespannen waren, niet goed gebalanceerd, waardoor zij te veel schokte, hetgeen niet tot het goed ensemble mede werkte.” Sultan en Pacha zijn respectievelijk zeven- en achtjarige zwarte ruinen van het Duitse ras, in eigendom van Mr. M. Luden uit Amsterdammer. Joanna en Mina zijn de bruine Gelderse merries van plaatsgenoot G.G. de Groot, terwijl Flik en Flok bovenlanders zijn van G. Eltzbacher, eveneens uit Amsterdam.
Beelden om te vergelijken zijn er niet, maar op basis van de uitslag – waarom zou je een kostbare foto maken van een lager geplaatste? -, de kleur en het type van de paarden, is er wel enige zekerheid dat Sultan en Pacha van Mr. Luden op de foto staan. Kan de foto van latere jaren zijn? Het jaar daarop gaat de tandemrubriek wederom niet door en in volgende jaren zijn het vooral ‘modernere’ tandems van de grote handelsstallen die niet in dit plaatje passen. Kortom, we mogen gerust zeggen dat we kijken naar Sultan & Pacha op 28 april 1886.

foto boven: Sultan en Pacha zijn respectievelijk zeven- en achtjarige zwarte ruinen van het Duitse ras, in eigendom van Mr. M. Luden uit Amsterdammer.


Het concours hippique in Amsterdam krijgt wegens succes
een vervolg: advertentie in het Algemeen Handelsblad op 27-4-1886.


Lantaarnplaatje N129 uit de serie ‘Nederland in beeld en begrip’
Toeschouwers op het concours hippique op het IJsclubterrein (Museumplein).