De rijtuigrestauraties voor Kasteel de Haar lopen nog volop door. Zo is het restauratieteam nu druk met de landauer (fabricaat Million & Guiet, Paris), het pronkjuweel in deplorabele staat. Om u bij te praten over de afgelopen maanden, 10 willekeurige stappen in het proces.

Stap 1.

De lampen… Mja, scheef, verroest, gedeukt. Maar haal ze er maar ‘ns af, dat ging dus niet meer, volledig vastgeroest. De gehele lamphouder moest er af worden gehaald om de staarten van de lampen -met verhitting- er uit te halen. Nu is het aan restaurator Jean-Louis Stolk om de kaarslampen weer strak en glanzend te krijgen.

Stap 2.

Na het herstel van de gebroken kapspanten is de ‘dubbele hemel’ aan de beurt: van binnen blauw laken, van buiten katoen. Het is véél meer werk dan ‘een lapje stof ergens tegenaan nieten’ wil de kap mooi vallen en zonder plooien of kreukels worden opgezet. Laatste fase in het herstel van de twee kappen (het kenmerk van dit type rijtuig) is het leerwerk… wordt vervolgd.

 

Stap 3.

De voetenplank van de koetsier lag er feitelijk af door rotting in het hout. Een handige liefhebber zou die gehele voorkant vernieuwen, maar kijk ‘ns hoe fijntjes die plank is bewerkt, bovendien is het een museale restauratie, en willen we latere generaties vooral laten zien hoe Million & Guiet het in 1887 heeft gemaakt. Vandaar dat het maximale van het oude is hergebruikt om toch een stabiele reconstructie te maken.

Stap 4.

Raampjes. Ze schuiven aan de hand van een passementbandje soepeltjes naar beneden en omhoog in het portier, en zijn gestoffeerd met laken, de raamkozijntjes. In een scheef hangende deur gaat dat niet meer. Het laken is weggevreten, het hout kapot. Restaurator Piet Stolk leert zijn kleinzoontje James het vak….

Stap 5.

Capitonneerwerk. Motten, gaatjes, vuil, muizenvraat. Het bankstel van oma zou je in deze toestand bij het grofvuil zetten. Maria Stolk niet. Met piepkleine stukjes leer dicht ze de gaatjes, geduldig reinigt ze de stoffen knopen, trekt ze er opnieuw in, wrijft het leer op, vult de vulling aan, vervangt lakense stof die te ver is vergaan, dicht ook gaatjes in de zogenaamde volanten ( ‘valletjes’) en brengt ze weer strak in de plooi. En dan krijg je toch weer een sjiek ‘bankstel’, zo fraai, je durft er nu niet eens meer in te gaan zitten.

Stap 6.

Veren opkloppen. We zouden het bijna vergeten, maar het rijtuig hing niet alleen qua constructie scheef, ook de veren waren letterlijk moe. Daardoor keek je niet meer tegen het rijtuig ‘op’. Om de veren weer op de juiste spanning te krijgen is het helaas onmogelijk om de oude verf te laten zitten, want ze moeten er voor uit elkaar en blad voor blad in het ouderwetse smidsvuur om met de hand te worden opgeklopt. Een tweede reden om de veerpakketten uit elkaar te halen is strijd tegen roest, je kunt de oude verf nog zo fijn schoonmaken, als de veerbladen weer over elkaar heen gaan schuiven (natuurlijk proces van vering) is het zonde als er telkens roest onder vandaan komt. Een klusje voor restaurator Piet Stolk.

Stap 7.

De bok, en nee, niet zo’n dier met een sik, de zetel van de koetsier en de huisknecht. Ook hier vuil, mottengaatjes van de lakense stof die we willen behouden. Dat laatste gaat niet bij het leer waarmee de leuning is omkleed, want daarvan zijn alleen nog wat afbrokkelende, uitgedroogde restjes over. De leren rand om de zitting is echter nog prachtig te reinigen, net als de zilveren sierlijst.

Stap 8.

Schamel. Ook zoiets, op het oog het ijzer verroest, het hout onder een laag zwarte meuk. Wat moet je er mee? Dat vraagt een restaurator zich continue af. Maar de kracht van het vak is volharding. Wat niet kan, dat kan niet, zoals onder de roest nog iets van verf te voorschijn toveren, maar het houtwerk… Zie daar, er gaat zich een biezenpatroon aftekenen, zie het verschil links en rechts. Een ander was misschien aan het schuren geslagen en had zich vervolgens afgevraagd ‘hoe moet je zo’n rijtuig biezen?’. Hier is het onweerlegbare antwoord, zo deed Million & Guiet dat. En zo blijft het – in oude toestand dus.

Stap 9.

Kussens, leer aan één zijde, laken aan de andere, opgevuld met paardenhaar. In het rijtuig nemen vier passagiers plaats, dus zijn er vier kussens om op te zitten. Twee kussens waren in een ver verleden kwijtgeraakt. Dan kom je voor twee uitdagingen: de oude weer tot leven te brengen en twee nieuwe te maken, waarvan een buitenstaander niet kan zien welke nieuw zijn. Dus reinigen, gaatjes dichten opvullen, opnieuw knopen trekken enzovoorts. En voor toekomstige generaties blijft er een boodschapje in achter, welke kussens nieuw zijn en welke origineel.

Stap 10.

‘Cane work’. Je kunt er met een borstel op gaan schrobben, maar dan beschadigt het fijne patroon van het gevlochten riet op de panelen. Bovendien veeg je dan nog meer smeer in de randjes. Dus rest er maar één manier, namelijk met het wattenstaafje minutieus reinigen. Restaurator Maria Stolk is het gewend, ook om zichzelf te beschermen tegen het inademen van het reinigingsmiddel. En zie het resultaat. Mooi hè?

Dit rijtuig komt uit het beheer van Borg en Nationaal Rijtuigmuseum Nienoord en gaat over in langdurig bruikleen door Kasteel De Haar. Dit project is mede mogelijk gemaakt door VZW Pater David, Prins Bernhard CultuurfondsMondriaan FondsDinamo Fonds en Stichting kasteel de Haar. De Stichting Hippomobiel Erfgoed begeleidt de uitvoering en verzorgt de communicatie.