Tuigenmakerij Van Rijs is gestart met de restauratie van een vierspan- en een tweespantuig van Kasteel Middachten in het Gelderse De Steeg. De tuigen in de tuigenkamer zijn een onlosmakelijk onderdeel van het rijtuigenverhaal op het kasteel.

Net als de landauer die nu in restauratie is, dient het tuig ook geschikt te zijn voor incidenteel gebruik en in ieder geval iets uit te stralen van de vroegere kwaliteit. Dat is bijzonder lastig, want oud leer knapt vroeg of laat in gebruik, en dat kan levensgevaarlijk zijn. Al is een tuig nog zo goed gemaakt, uiteindelijk valt het leerwerk in kruimels uit elkaar en het oude katoengaren vergaat. Maar als ‘restaureren’ betekent dat alleen het beslag overblijft is het gewoon een nieuw tuig en is de erfgoedwaarde nihil. De Stichting Hippomobiel Erfgoed kiest daarom op Middachten voor de middenweg: alleen het noodzakelijke vervangen. Een frontdeelriempje dat echt is vergaan bijvoorbeeld of een ontbrekend kopstuk, waarbij de eisen aan Tuigenmakerij Van Rijs in Zevenhuizen zijn om niet af te wijken van het originele model en het stikwerk met de hand te doen.

“In beide tuigen komen steekgroottes van acht tot zelfs zestien steken-per-inch voor. Dit is afhankelijk van de onderdelen. Strengen hebben bijvoorbeeld tien steken per inch, gareeltrekkers acht en de hoofdstellen tot wel zestien. In het verleden hebben we daar speciale stempels voor laten maken, omdat die niet meer in de markt zijn”, legt Jan van Rijs uit. En dat is precies zoals zijn voorganger Bouwman, aan de Denneweg in ’s-Gravenhage, deze tuigen bijna anderhalve eeuw geleden maakte in opdracht van de familie Van Aldenburg Bentinck. Het oude leer dat veilig genoeg is krijgt een lik vet om soepel te blijven: “En eventueel als het droog is een beetje Prestolin olie, maar niet te veel, anders verliest het aan sterkte.”
Jan van Rijs is blij met de opdracht, die hij inschat op duizend tot achthonderd uur: “Zulke opdrachten zijn zeldzaam, maar ik heb ze wel nodig om de kennis en de vaardigheid van vroeger in stand te houden.”

Dit project is mede mogelijk gemaakt door Prins Bernhard Cultuurfonds, Mondriaan Fonds, Frans Mortelmans Stichting, Ludovica, RDO Balije van Utrecht en Kasteel Middachten. De Stichting Hippomobiel Erfgoed begeleidt de uitvoering en verzorgt de communicatie.