Aan de Casuariestraat 43 t/m 49 in Den Haag zat rijtuighandel J. Renes. De monumentale panden bestaan nog steeds. Schuin aan de overkant, op de hoek met de Schouwburgstraat zat stalhouderij Ritzenthaler. Georges Louis Ritzenthaler volgt in 1846 H. van Reyn op, die een stalhouderij bedreef in de Hooge Nieuwstraat. Ritzenthaler verhuist na enige tijd naar de Casuariestraat en laat na zijn overlijden in 1861 de nieuwe stal na aan zijn schoonzoon Eugène Payot. De naam blijft Ritzenthaler & Cie.
Het was in een tijd dat er nog geen sociaal vangnet was voor mensen die door ziekte of ouderdom niet meer mee konden komen. Zij waren van giften afhankelijk. Als in 1869 koetsier Gerritsen overlijdt als gevolg van een ‘smartelijk en langdurig lijden aan het been, zoodat eene amputatie onvermijdelijk werd en de dood volgde’ haalt de stalhouderij een bedrag van 170,- gulden op onder de burgers van de stad om de weduwe met het ‘kommervolle gezin’ van een pensioentje te voorzien.
Op 15 juli 1879 komt de stalhouderij zelf in de problemen als midden in de nacht brand uitbreekt in een bovenkamertje van het woonhuis. De vlammen slaan flink uit en omdat dit deel van de woning grenst aan de hooizolder is de angst groot. Gelukkig krijgt de toegesnelde brandweer hulp van het stalpersoneel van Prins Frederik, wiens stallen en koetsierswoningen vlak tegen het brandende huis grenzen. Een uur na het uitbreken van de brand is het gevaar geweken, de paarden en hooizolder bleven gespaard, maar de achterkant van het woonhuis is flink beschadigd.
J.A. Stapel neemt de stal over en gaat verder met auto’s. In 1919 gaan de paarden naar de Surinamestraat 47, terwijl de garage met auto’s aan de Casuariestraat blijft.
Op de hoek Casuariestraat en Schouwburgstraat in Den Haag prijkt nu een glimmend nieuw gebouw van de Universiteit Leiden.
Foto: Haags Gemeentearchief